Shaych Saalih al-Fowzaan
Voorwaar, tot de ontmaskerde bedriegingen behoort het benoemen van dingen met andere namen als een misleiding voor de mensen en het oplichten van de onwetenden. Daaronder valt het noemen van het vernielen en het aanvallen van mensen en het verspillen van het verboden bloed en het beschadigen van de bezittingen van hetgeen wat deze dwalende soort doet, en zij noemen dat Djihaad op de Weg van Allaah, en zij noemen zelfmoord martelaarschap. En misschien worden sommige mensen opgelicht met deze dwaling, in het bijzonder de jongeren, en sluiten zij zich aan bij hen om verderf te zaaien op aarde. Wij zeggen tegen degenen en wie door hen wordt opgelicht (het volgende):
Ten eerste: de Djihaad op de weg van Allaah is het bestrijden van de ongelovigen en de afgodendienaren om de Shirk (afgoderij) te verwijderen en de Tauwhied (het één maken van Allaah) te verspreiden nadat zij zijn uitgenodigd naar Allaah, en geweigerd hebben de uitnodiging te accepteren. En de organisatie van de Djihaad en de verantwoordelijkheid ervoor behoort tot de rechten van de Iemaam van de moslims (regeringsleider), omdat degene die het ondernam in de geschiedenis van de Islaam, zij waren allen gezaghebbers, beginnende bij de Boodschapper (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn), en zijn opvolgers en de Islaamitische bevelhebbers die na hen kwamen. De Djihaad is geen chaos, (dat) iedereen het doet en het beveelt. Allaah, de Allerhoogste, zegt:
O jullie die geloven. Wat is er met jullie dat wanneer er gezegd wordt tegen jullie; Rukt uit op de Weg van Allaah (Djihaad), jullie bezwaard op de grond zakken. [Soerah at-Tauwbah (9): 38]
En de Boodschapper (Moge Allaah's Zegeningen en Vrede met hem zijn) zegt: “En als jullie worden opgeroepen, rukt dan uit.”
Dus het is niet toegestaan voor de moslim dat hij Djihaad gaat verrichten behalve wanneer hij wordt opgeroepen voor de Djihaad, en degene die oproept is de gezaghebber van de moslims, wanneer de voorwaarden van de Djihaad aanwezig zijn en de obstakels verdwenen zijn.
Ten tweede: de Djihaad is niet door middel van het doden van de moslims en de mosta’amenien (degenen die onder bescherming staan), het is slechts tegen de oorlogvoerende ongelovigen. Wat betreft het doden van de moslims en de ongelovigen (die onder bescherming staan), dat is overtreding en onrecht. En Allaah heeft reeds overtreding en onrecht verboden met betrekking tot de moslim en de ongelovige. Deze overtreding is geen Djihaad op de Weg van Allaah, het is slechts Djihaad op de weg van de Satan. En een moslim houdt er niet van om tot het leger van de Satan en tot de helpers van de Satan te behoren.
Ten derde: het is niet toegestaan om een ongelovige moesta’amen (degene die onder bescherming staat), een moe`aahed (degene waarmee een verdrag is gesloten) of een dhimmie (een vrije niet-moslim onder een moslim leiderschap) te doden met als argument dat de ongelovigen tegenwoordig de moslims vermoorden - zoals de onwetenden beweren - want Allaah de Allerhoogste zegt:
Geen ziel zal de last van een ander dragen. [Soerah al-An`aam (6): 164]
En dit behoort tot de daden van (de tijd van) onwetendheid, degenen die gewoon waren om de onschuldige te vermoorden met als argument: het nemen van wraak op de crimineel[1] en dit is ook het doden van iemand die verboden is te doden [Islaamitisch Wettelijk gezien].
Ten vierde: zelfmoord is geen martelaarschap, omdat de zelfmoordenaar zich voorneemt om zichzelf te doden. En degene die zichzelf doodt, wordt bedreigd met het (binnengaan van het) Vuur, zoals de overleveringen bevestigen. Allaah, de Allerhoogste, zegt:
En denkt niet van degenen die op de Weg van Allaah gedood zijn dat zij doden zijn. [Soerah Aali-`Imraan (3): 169]
En Hij zei niet, degenen die zichzelf gedood hebben. Degene die gedood wordt op de Weg van Allaah wordt beloond, maar de zelfmoordenaar is een zondaar. Er is dus een verschil tussen deze twee situaties. Niemand ziet deze twee situatie als gelijk behalve een misleider of een onwetende.
Dus mijn advies aan degenen die opgelicht worden door hen en misleid zijn met deze afgeweken gedachte, dat zij terugkeren naar hun correctheid en dat zij berouw tonen aan hun Heer en hun wapens neerleggen en hun handen bij de handen van hun broeders plaatsen, en de gezaghebbers ([van Saoedi-Arabië] moge Allaah hen beschermen) hebben beloofd dat degene die zichzelf in berouw overgeeft een specifieke behandeling krijgt.
En Allaah is de Bezitter van het Succes. Moge vrede en zegeningen van Allaah zijn met onze Profeet Mohammed en zijn Familie en zijn Metgezellen.
Bron: de krant van al-Djazierah (Nummer 11590) Ath-Thoelaathaa’ 4 Djoemaadaa al-Oewlaa 1425 wat overeenkomt met Dinsdag 22 januari 2004
[1] Voetnoot vertaler: Shaych al-Islaam Mohammed bin Abd al-Wahhaab zegt in zijn boek “Aspecten van Onwetendheid” over de ongelovigen vóór de Islaam: Van hun religie was dat zij mensen verantwoordelijk hielden voor de misdaden van anderen, dus Allaah openbaarde: En geen ziel zal de last van een ander dragen. [Soeratoel-An`aam (6): 164]
0 reacties:
Een reactie posten